Aardappelen en ander pootgoed

Aardappels en andere pootgroenten telen in eigen tuin is makkelijk, lekker en gezond. Denk aan rabarber en asperges. Aardappels oogst je in juni en juli.

Telen

De meeste gewassen in de moestuin zaai je of koop en plant je als jonge planten. Er zijn ook soorten die op een andere manier worden geteeld, zoals aardappelen, asperges en rabarber.

Pootaardappelen

Aardappelen groeien uit poters of pootaardappels. Koop je pootgoed het liefst in februari. Leg het naast elkaar in houten kistjes en zet die vorstvrij, maar in het licht weg. Het pootgoed gaat uitlopen en vormt spruiten. Aan de knollen ontstaan witte kiemen. Gooi de knollen weg waarbij dat niet gebeurt.

Vroeg of laat?

Aardappels zijn ingedeeld in vroege, middelvroege en laat oogstbare aardappelen. De laat oogstbare zijn de echte bewaaraardappelen en zijn moeilijk te telen. Veel aardappels zijn gevoelig voor ziekten zoals aardappelziekte, aardappelmoeheid, schurft en aantasting door de Coloradokever. De vroege rassen hebben het minste last van ziekten, omdat deze later in het jaar optreden.

Soorten aardappelen

Pootaardappelen zijn er in verschillende soorten en maten. De gemiddelde maat is 28 tot 35 millimeter, er gaan ongeveer 40 stuks in een kilogram. Dat is genoeg voor 7 vierkante meter. Poot de aardappels 6 tot 8 centimeter diep. Half april is de beste tijd om te poten. Zorg dat de grond genoeg vochtig en bemest is met speciale aardappelmeststof.

Download keuzehulp

Aardappelen poten

Plant de poters van vroege aardappelen vanaf maart, 15 centimeter diep en in rijen. Laat in de rij 30 centimeter ruimte tussen de poters en houd de rijen 65 centimeter uit elkaar. Bescherm de beplante rijen tegen vorst met tuinvlies of stro. Middelvroege en late aardappelen plant je eind april, begin mei. Zodra de stengels 15 centimeter boven de grond steken, moet je aanaarden. Dat doe je door de grond aan elke kant van iedere plantenrij 15 centimeter op te hogen. Hoog de rijen vier weken daarna op tot 20 centimeter en drie weken later nog een beetje. Gebruik hiervoor een speciale aanaarder. Geef de aardappels tijdens de groei een keer in de twee weken water. Vroege aardappels hebben per gietbeurt 15 tot 20 liter water per vierkante meter nodig. Geef middelvroege en late aardappelen als ze bloeien, 15 liter water per vierkante meter.

Wanneer oogsten?

Oogst vroege aardappelen in juni/juli als de planten volop in bloei staan. Oogst naar behoefte, je hoeft niet alles tegelijk te oogsten. Gebruik een tuinvork en steek diep onderdoor om zo min mogelijk knollen te beschadigen. Middelvroege en late rassen oogst je vanaf augustus. Droog de knollen van middelvroege en late aardappels bij droog weer, door ze een paar dagen boven de grond te laten liggen. Oogst alle knollen zorgvuldig, ook de kleine. Reken op een opbrengst van 6 kilogram aardappels per rij van 3 meter.

Ander pootgoed

Plantui

Uien worden onderscheiden naar houdbaarheid: witte soorten met korte houdbaarheid (enkele maanden) en kleurrijke soorten (geel, rood en violet) die bijna 1 jaar bewaard kunnen worden. Door handig plannen met diverse soorten kun je het hele jaar door uien eten. Het plantgoed van uien wordt in het begin van het voorjaar gepoot. In het voorjaar wordt de zomeroogst gezaaid en in augustus en september de oogst voor het voorjaar. De rijedn moeten gedund worden, de gedunde plantjes kunnen weer geplant worden. Gebruik geen compost en geen mest voor de bedden met uien. De grond moet licht zijn en het bed moet op een zonnige plek liggen. Omdat dit soort gewassen niet tegen vocht kunnen moeten ze op een verhoogd oppervlak of een klein, samengeschoven hoopje worden gekweekt.

De pootuien worden licht in de grond gedrukt. De planten moeten een afstand van 10 cm hebben en de onderlinge afstand van de rijen moet 20 cm bedragen. Uien kunnen niet tegen onkruid, dus moeten de bedden met de hak of met de hand gewied worden.
De oogst valt in de zomer, zodra de bladeren geel worden. Laat de bollen een paar dagen in de zon drogen. Sla de uien dan op in grote bossen of op hekwerken. Met uitzondering van witte uien kunnen alle soorten na het drogen goed bewaard worden.

Asperges

Van asperges worden de jonge stengels (scheuten) gegeten. Witte asperges worden met grond bedekt om ze te bleken, groene asperges niet. De teelt van witte asperges is daarom wat moeilijker. Voor de teelt van groene en witte asperges worden verschillende rassen gebruikt. Graag geven we je wat tips voor het telen van asperges:

  • Probeer geen asperges te telen op klei- of veengrond.
  • Plant asperges voor langere tijd. Van een bed aspergeplanten kan je tien jaar of langer oogsten.
  • De teelt van asperges vraagt diep losgemaakte, goed bemeste grond. Bemest met oude stalmest of rijpe compost.

Asperges planten

Koop eenjarige planten. Plant die in april in rijen van 10 centimeter diep met 45 centimeter tussen de planten. Spreid de wortels goed uit. Houd tussen de rijen 50 tot 60 centimeter afstand. Oogst de eerste twee jaar nog niet, je hoeft de planten alleen te verzorgen. Laat de stengels in de eerste jaren goed uitgroeien en volop loof vormen. Zo krijgt je grote, sterke wortels die daarna dikke scheuten (asperges) zullen geven. Geef bij droogte veel water. Knip de vergeelde loofstengels in december af. Bemest daarna het aspergebed. Vanaf het tweede jaar moet je bij witte asperges, in het voorjaar aanaarden voordat de groei begint. Verhoog de rijen met 10 centimeter.

Asperges oogsten

Bij groene asperges worden de jonge stengels kort boven de grond afgesneden als ze dik genoeg zijn. Witte asperges worden zo diep mogelijk gestoken, als de grond boven de groeiende scheuten breekt. Je ziet scheurtjes in de aarde. Haal de grond even weg, snij de scheut af met een speciaal aspergemes of een mes met kartelsnee en doe de grond terug. Oogst niet meer na de langste dag, 21 juni, om de plant op krachten te laten komen.

Rabarber

Rabarber kan op alle grondsoorten worden geteeld. Je oogst de sappige bladstengels. Rabarber heeft de volgende eigenschappen:

  • Groeit ook op schaduwrijke plekken.
  • Heeft geen verzorging of bewerking nodig.
  • Blijft tien jaar of langer staan.
  • Bemest veel in het voorjaar met paarden- of kippenmest.
  • Roodstelige rassen smaken minder zuur.
  • Vervroeg de oogst door de pollen vroeg in het jaar af te dekken, dan oogst je al in april.

Rabarber planten

Koop jonge stekken en plant die ondiep het liefst in het najaar, maar in het voorjaar kan ook. De knoppen (neuzen) moeten na het planten net zichtbaar zijn. Geef water na het inplanten en bij langdurige droogte.

Rabarber oogsten

Oogst vanaf het tweede jaar enkele stelen van jonge planten. Vanaf het derde jaar oogst je volop. Trek de stelen met een draaiende beweging van de plant af. Draai daarna het blad aan de andere kant eraf. Kneus of snij het blad kapot en leg het op de composthoop. Oogst naar behoefte op z’n vroegst vanaf april en niet later dan juli. Laat altijd voldoende blad aan de plant.

Wil je meer informatie? In onze winkels geven wij je graag persoonlijk advies.